Lidwoord voor Hanzestad

1

de Hanzestad v(m)

aanwijzend voornaamwoord
deze Hanzestad, die Hanzestad

dichtbij deze Hanzestad

verder weg die Hanzestad

betrekkelijk voornaamwoord
de Hanzestad die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun Hanzestad
onbepaald voornaamwoord
elke Hanzestad
buigings-e
de grote Hanzestad, een grote Hanzestad

Woorden die lijken op Hanzestad