Lidwoord voor passpiegel

1

de passpiegel m

aanwijzend voornaamwoord
deze passpiegel, die passpiegel

dichtbij deze passpiegel

verder weg die passpiegel

betrekkelijk voornaamwoord
de passpiegel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun passpiegel
onbepaald voornaamwoord
elke passpiegel
buigings-e
de grote passpiegel, een grote passpiegel

Woorden die lijken op passpiegel