Lidwoord voor spelregel

1

de spelregel m

aanwijzend voornaamwoord
deze spelregel, die spelregel

dichtbij deze spelregel

verder weg die spelregel

betrekkelijk voornaamwoord
de spelregel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun spelregel
onbepaald voornaamwoord
elke spelregel
buigings-e
de grote spelregel, een grote spelregel

Woorden die lijken op spelregel